Thyroid
Diagnose?
Anamnese, klinisch onderzoek
Aspecifieke symptomen → labo obligaat voor diagnose en opvolging
- Bepaal TSH
- Bepaal FT4 (en FT3) bij afwijkend TSH
- Bepaal anti-SK antistoffen
- Aanvullende onderzoeken
- in-vivo-isotopenonderzoek
- ultrasonografie
- meest sensitief onderzoek voor afwijkende morfologie
- schildklieraspiraat
Abnormaal TSH volstaat op zichzelf NIET (CAVE interferentie), een normaal TSH WEL
Hypothyroïdie
Progressief instellen van breed scala aan symptomen (itt hyperthyroidie) (M/V 1/6)
- koude-intolerantie, paresthesieën, pijnlijke spierstijfheid
- concentratieverlies, moeheid, apathie
- constipatie, anorexie, gewichtstoename
- haaruitval, metrorrhagieën, paresthesieën, myxoedeem
- kan geassocieerd zijn met hyperprolactinemie
→ aspecifieke symtomatologie → laboratoriumdiagnose
Medicatiekeuze
Herstel euthyreote status
→ voorkeursbehandeling levothyroxine
- startdosis is te verwachten finale dosis
- behalve bij groot cv risico, ouderen, langdurige hypo, twijfel → laag starten en optitreren
- controle labo na 6-8w
- grootste effect al zichtbaar na 2-tal weken maar sommige symptomen kunnen maanden aanslepen
- dosisaanpassing bij gewichtsverandering, ZS, behandeling met oestrogeen, medicijnen, nefrotisch syndroom…
- eens stabiel geen verdere dosisaanpassingen vereist
Nuchtere inname aanbevolen, bv voor ontbijt (interferentie met voedingsvezels, koffie…)
Congenitale hypothyrose
basically verdwenen dankzij neonatale screening
Subklinische hypothyroïdie
TSH gestegen
MAAR T3 + T4 normaal
Behandeling te beslissen per patiënt
- Afhankelijk van TSH-stijging, aanwezigheid antischilkdklierlichamen
- Aanslepende/suggestieve klachten?
- Bijkomende morbiditeit? Jonge leeftijd?
- Overweeg proeftherapie
- Langetermijnevolutie naar hypothyreoïdie 30-55%
OVER-substitutie
Idiopathische hypothyroïdie
Weinig of geen struma (itt hashimoto)
Behandeling
Jonge patiënt
→ onmiddelijk finale dosis levothyroxine (T4)
anders wordt een graduele opbouw van de substitutiedosis aangeraden
Iatrogene hypothyroïdie
Etiologie
Behandeling met antithyroidea
→ overdosering
→ laattijdig starten schildklierhormoonsubstitutie
Behandeling met radiojood / externe radiotherapie
(sub)totale thyroïdectomie
Behandeling
Jonge patiënt
→ onmiddelijk finale dosis levothyroxine (T4)
anders wordt een graduele opbouw van de substitutiedosis aangeraden
Thyroiditis
Subacute thyroiditis van de Quervain
Reuscel/granulomateuze thyroiditis, vaak in aansluiting met virale ontsteking
Kliniek
Schildklier opgezet en vast aanvoelend, spontaan pijnlijk of bij palpatie (uitstraling naar oren)
Initiële fase tekenen van thyroxicose, gevold door fase van hypothyroïdie
Prominente vermoeidheid tijdens genezingsfase
Uitgesproken biochemische tekens van inflammatie
Tijdens eerste weken tot maanden geen captatie bij schildklierscintigrafie
Diffuus hypoechogeen aspect (ontsteking)
Ev lokalisatorisch verspringend en relapsing-remitting ziektepatroon
Behandeling
Spontane genezing over verloop van weken tot maanden
Symptomatisch:
- anti-inflammatoire middelen (NSAID - mild, glucocorticoïden - zwaar)
- beta-blokkers
- eventueel levothyroxine bij uitgesproken fase van hypothyroidie
Silentieuze thyroiditis
Bij patiënten met onderliggend auto-immuun schildklierlijden
→ thyroiditis met lymfocytaire infiltratie, vaak postpartum
Kliniek
Meestal pijnloos (↔ de Quervain)
Biochemisch geen tekens van inflammatie (↔ de Quervain)
Geen captatie bij schildklierscintigrafie tijdens initiële fase
Initiële fase van thyroxicose gevolgd door hypothyrote herstelfase
Behandeling
Bij uitgesproken symptomatologie beta-blokker
Geen plaats voor antithyroidea
Hashimoto thyroiditis
Chronische auto-immuun thyroiditis
→ progressieve destructie thryoidfollikels door lymfoïde infiltratie
Etiologie
Meest frequente vorm van thyroiditis
V
Oudere leeftijd
Kliniek
Progressieve pijnloze, diffuse vergroting schildklier
Sterk positieve anti-TPO en/of anti-Tg-antilichamen
Diffuus hypo-echogeen aspect bij echo
Behandeling
Geeft meestal aanleiding tot blijvende hypothyroïdie waar substitutie voor nodig is
Jonge patiënt
→ onmiddelijk finale dosis levothyroxine (T4)
anders wordt een graduele opbouw van de substitutiedosis aangeraden
Fluoride hypothryoism
Trage apathische patiënt met opgezwollen facies spreken met monotone, eerder zware hese stem
Hypertensie, trage pols, hartdilatatie…
Droge, koude, bleke huid
Brokkelige nagels, hoofdhaar dun bezaaid
Myxoedeem typisch
Myxoedeem crisis/coma
Bij langdurige extreme hypothyreoïdie en/of acute stress
- hypothermie, hypoventilatie, hypotensie
- gedaald bewustzijn, acute psychose
- hyponatriëmie, hypoglycemie
- non-pitting oedeem
Coma & mortaliteit (30-40%)
Gedaalde incidentie door toegenomen screening
Bij hypothryose tijdens ZS → substitutiedosis levothyroxine verhogen met 20-30%
Euthryoïd
Niet-toxisch struma
Goedaardige progressieve opzetting
Compensatoir bij situaties met gestoorde hormoonsynthese
Etiologie
-
Joodgebrek
-
Genetisch bepaalde discrete enzymstoornissen
-
V
Kliniek
-
Begint vaak insidieus rond pubertijd
-
Progressieve evolutie van diffuse opzetting naar meer nodulair karakter
-
Klachten meestal door lokale drukverschijnselen
-
Meestal euthyroïdie, soms progressieve daling TSH
Behandeling
- Afwachtende houding bij minimaal struma
Heelkunde bij:
- Esthetische bezwaren
- Lokale drukverschijnselen
- Verdenking op malignitet
Thyroïdadenoom
Kliniek
Palpeerbare nodule van wisselende grootte en consistentie, meestal glad oppervlak
Warme/hete nodule (lager risico op maligniteit) VS Koude nodus (weing specifieke bevinding)
Plots optreden vaak door bloeding
In praktijk bijna altijd echografie en/of schildklierscintigrafie, met in geval van solitaire nodus 1 of meer puncties voor cytologie

Behandeling
Afwachtende houding
Bij solitaire, warme of hete ndoule (risico op maligniteit kleiner)
Radiojood
Bij evolutie naar toxisch adenoom
Heelkunde
Bij ernstig vermoeden op maligniteit
- Verdachte cytologie
- Recente volumetoename (bloed uitgesloten)
- Hard, onregelmatig oppervlak
- Heesheid
- Jonge pt, solitaire nodules, mannen
- …
Bij evolutie naar toxisch adenoom
Multinodulair struma/goiter
Gekenmerkt door meerdere tot ontelbare nodules van variërende afmeting, aspect en functionele status
Dikwijls voorafgegaan door difuus struma
Behandeling
Dikwijls afwachtende houding
Heelkunde bij:
- Compressieverschijnselen
- Esthetische bezwaren
- Verdenking op maligniteit
- Evolutie naar hyperthyroïdie → toxisch multinodulair stroma (ev ook radiojood)
→ totale thyroïdectomie, unilateraal of bilateraal
minimale uitgebreidheid (anders risico op recidief)
- van mediaal naar lateraal
- monitoring van laryngale bezenuwing
- gebruik van coagulatie itt elektrisch werkend toestel
- lymfeklieruitruiming (therapeutisch/profylactisch)
Complicaties schildklierchirurgie: - postoperatieve bloeding- stemveranderingen- hypoparathyroïdie
Euthryoïd sick syndrome
Afwijkende schildkliertesten wegen niet-thyroïdale ziektetoestanden (prevalent in hospitaalmilieu)
Carcinoom
Papillair schildkliercarcinoom (60-70%)
-
frequentste vorm van SKca
-
goed gedifferentieed, traag groeiend, weinig invasief
- goede prognose
-
dikwijls gemend met folliculaire elementen
Behandeling;
- Totale thyroïdectomie (vergeet lobus pyramidalis niet)
- Inspectie zones II-IV en VI (mogelijke adenopathiën)
- verwijderen van fibroadipeus en lymfoïd weefsel
- Radiojood postoperatief
- Follow-up met serum thyreoglobuline
Folliculair schildkliercarcinoom (15%)
-
traag groeiend
-
dikwijls gemend met papillaire elementen
-
meer agressief, metastateert lymfogeen lokaal en hematogeen op afstand
- vrl longen bot
-
prognose beter bij relatief jonge patiënten
Behandeling:
- Totale thyroïdectomie (vergeet lobus pyramidalis niet)
- Inspectie zones II-IV en VI (mogelijke adenopathiën)
- verwijderen van fibroadipeus en lymfoïd weefsel
- Radiojood postoperatief
- Follow-up met serum thyreoglobuline
Medullair schildkliercarcinoom (<5%)
-
1/4 familiaal (MEN)
-
Metastasering vooral lymfogeen, soms op afstand
-
Calcitonine-secreterende cellen
- calcitonine als tumor marker, naast CEA
- geen captatie van jood (moeilijker te behandelen)
Behandeling:
- Totale thyroïdectomie (vergeet lobus pyramidalis niet)
- Verwijderen van fibroadipeus en lymfoïd weefsel uit halsregio’s VI en VII
Anaplastisch schildkliercarcinoom (<5%)
- weinig gedifferentieerd, snelle groei, sterk invasief
- ongunstige prognose
- geen gerichte therapiën beschikbaar
- vaak louter palliatief
Andere maligne tumoren
- lymfoom
- metastases (bv renaal cel carcinoom)
- extreem zeldzaam
Complicaties schildklierchirurgie: - postoperatieve bloeding- stemveranderingen- hypoparathyroïdie
Thyreotoxicose
Overkoepelende benaming van klinische beeld van hyperthyroïdie (M/V 1/8)
- algemeen beeld van hypermetabolisme
- breed spectrum van hypersympatische symptomen (hartkloppingen, zweten, emotioneel, vermagering…)
- soms atypische presentatie (bv bij bejaarden)
- vaak acuter dan hypothryoïdie
Medicatiekeuze
Antithyroidea |
Radioactief jood |
Heelkunde |
| Remmen koppeling jodothyronine en organificatie jodium | 131I selectief opgenomen in meest actieve delen SK | |
| Block & replace therapie Titreren tot euthyrote SKfunctie |
||
| Geen risico op blijvende hypothyroidie | Blijvende genezing mogelijk | Ook morfologische afwijkingen |
| Recidieven vrij frequent Overgevoeligheidssreacties (rash bv) Agranulocytose PTU - ernstige hepatotoxiciteit |
Frequent hypothyroidie Thyroidstorm na toediening |
Recidieven ↔ hypothyroidie (obv uitgebreidheid resectie) Eventueel substitutiebehandeling met levothyroxine |
Ziekte van Graves-Basedow
Auto-immuunziekte
→ schildklier overmatig gestimuleerd door TSI
Etiologie
V
Op alle leeftijden (meest typisch 20 - 50)
Kliniek
Tekenen van hypermetabolisme (hypertensie, vermageren, zweten)
Diffuus vergrote schildklier
Souffle en voelbare thrill
Endocriene orbitopathie (met proptose)
Dermatopathie; vitiligo, pretibiaal myxoedeem (zeer zeldzaam)
→ verhoogde titers TSI
→ forse hypervascularisatie op echo
→ homogene tracerverdeling op scintigrafie
Behandeling
Eerste episode
Medicamenteuze therapie met antithyroidea (klassiek 18m)
Block & replace therapie
Vaak recidieven na stoppen
Recidief
Heelkunde of radiojood
Vrijwel altijd voorbereiding met antithyroidea
Bij oftalmopathie of kinderwens op korte termijn heelkunde voorkeur
Toxisch adenoom
Autonoom functionerend adenoom
→ verantwoordelijk voor overproductie schildklierhormoon
→ onderdrukking overig schildklierweefsel (warme vs hete nodule)
Kliniek
Zeer progressief
Minder uitgesproken dan bij Graves
Vaak opgemerkt bij cardiologische evaluatie
Schildklierscintigrafie
→ met enkel tracercaptatie thv adenoom
Behandeling
Antithyroidea bieden geen blijvende oplossing, zoeken naar definitieve behandeling
→ heelkunde
→ radiojood
(keuze in overleg met pt)
Toxisch multinodulair stroma
Progressieve toename massa schildklierweefsel met autonoom functionerende follikels
Etiologie
V
50 jaar (maar niet uitsluitend)
Kliniek
Progressief en sluipend verloop (itt Graves bv)
Vaak opgemerkt bij cardiologische evaluatie
Schildklierscintigrafie
→ met nodulair vergrote schildklier (voelbaar)
→ met ongelijkmatige verdeling tracer
Productie schildklierhormonen kan op korte tijd sterk toenemen bij verhoogd aanbod van jodium
Behandeling
Antithyroidea bieden geen blijvende oplossing, zoeken naar definitieve behandeling
→ radiojood - eerste keuze (vaak ouderen)
tenzij bij belangrijke lokale drukverschijnselen → heelkunde
Thyroiditis
Door ontsteking lekkage van schildklierhormoon
Schildklieropzetting zelden pijnlijk, behalve bij
- subacute thyroiditis de Quervain
- infectieuze thyroiditis
- na radiotherapie
- snelle infiltratieve processen (lymfoon, carcinoom)
Eventueel geïnduceerd door medicatie (amiodarone)
Eventueel acute fase van een auto-immune thyroiditis (Hashimoto)
Subklinische hyperthyroïdie
TSH onderdrukt
MAAR T3 + T4 normaal
→ zolang autonome hormoonproductie voldoende is om TSH-secretie te onderdrukken
Behandeling te beslissen per patiënt
Conservatieve opvolging (3-6 maandelijkse controle schildklierparameters zo geen risicofactoren voor verwikkelingen)
Behandeling zo symptomatisch of progressieve evolutie of comorbiditeit, associatie met:
- hoger risico op hartritmestoornissen
- meer uitgesproken botverlies
- hogere medische kosten
Blootstelling aan overmaat jodium vermijden
Thyroidstorm
Medische urgentie (60-80% mortaliteit)
- bij onderliggende hyperthyreoidie
- uitgelokt door trauma, infectie, bevalling….
- abrupt koorts, extreme tachycardie, psychose, agitatie, coma
- onmiddelijke hospitalisatie met R/ propanolol, PTU, cortico’s, supportieve therapie
Amiodarone kan zowel thyroxicose geven op basis van een thyroiditis of door een joodgeïnduceerde schildklierdysfunctie
Beta-blokkers voor snelle symptomatische verlichting
Secundaire screening: - jaarlijks TSH- TSI tijdens 3de trim bij graves pt- preventie joodgeinduceerde hyperthyreoïdie bij geplande CT


Routinescreening niet aanbevolen, wel opvolging bij: - postieve voorgeschiedenis schildklierlijden- familiaal voorkomen- …